Ik had veel mooie woorden,
Belijdend hoe het hoorde.
Ik probeerde het te leven,
Alleen mijn hart was achtergebleven.
Leven vanuit overvloed,
Dat vergt moed.
Ik stelde me open telkens weer,
En toch verkrampte ik keer op keer.
Ook nu lukt het telkens me open te stellen,
En voel de universele liefde in me opwellen.
Dit zou ik zo graag met je willen delen,
Een mooi moment, één van de vele.
Mijn hart klapt dan gelijk weer dicht,
Wat is die klem, dat gewicht?
Om mijn hart niet te voelen beven,
Koos ik om te gaan zweven,
Is het van mij of van jou?
Dat is wat ik weten wou.
Er is al veel gezegd,
En toch krijg ik de puzzel niet gelegd.
Is het eigen angst of empathie?
Of zit het in onze energie?
Dat wat we raken bij elkaar,
Wist ik het maar.
Leven vanuit overvloed,
Ik ga leren hoe dat samen moet.
Helaas gebeurt dat niet meer met jou,
Het is mezelf waar ik nu hard aan bouw.
Werken aan nog meer zelfvertrouwen,
Liefdevol zijn en van mezelf houden.
Het ga je goed,
Afscheid is nu wat moet.
Heel veel liefs.
Lisette, 9 april 2020.